20-12-2011 Andire mag blijven liggen van bestuursrechter

Uit Woonschepen Comite Groningen
Ga naar: navigatie, zoeken

De verbouwde spits Andire mag in Groningen aan de Hofstede De Grootkade blijven liggen. Dat heeft de bestuursrechter vandaag bekend gemaakt. Daarmee hoeft de juridische strijd nog niet ten einde te zijn omdat de bezwaarmaker nog in hoger beroep kan gaan bij de Raad van State. In het vonnis zijn enkele belangwekkende zaken besproken wat betreft authenticiteit en het gebruik van tekeningen bij het aanvragen van een ligplaatsvergunning.

De kwestie begon in juli 2008 toen een ligplaatsvergunning werd verleend. De Andire moest toen nog worden verbouwd en dat gebeurde buiten de stad. Het schip werd ingekort tot 29,5 meter, aan de walkant kwamen deuren en een schuifpui vlak boven de waterlijn en werd de stuurhut vervangen door een grote stuurhut. Toen de Andire in februari 2009 werd afgemeerd, heeft een aantal omwonenden onder aanvoering van mr. Gans bezwaar gemaakt tegen het schip. Als advocaat had mr. Gans zich gerealiseerd dat hij waarschijnlijk te laat was om tegen de vergunning bezwaar te maken en deed hij gelijktijdig een verzoek tot handhaving. Dat is een juridisch middel om de overheid te verzoeken op te treden als er ernstige overtredingen worden begaan bijvoorbeeld wat betreft de voorschriften van een bestemmingsplan. De bezwaren richtten zich in eerste instantie op het niet-voldoen aan de niet-kwetsbaarheidseisen, de hoogte en de authenticiteit van het schip.

AUT 0174.JPG

De dienst Bouwen en Wonen die de vergunningen verleent, meldde de eigenaren dat de vergunning werd ingetrokken. Vanaf dat moment werd Klaas Koetje in de zaak betrokken. Na enkele gesprekken met de ambtenaren en een bezwaarschrift tegen het intrekken van de ligplaatsvergunning begon een langdurige procedure. Tijdens de behandeling door de bezwaarschriftencommissie stond de authenticiteit van het schip centraal en werd een beslissing uitgesteld. Mr. Gans had expertisebureau Touw een rapport laten maken of de Andire wel een spits kon worden genoemd. Daarop kregen de gemeente en de eigenaren de gelegenheid om tegenrapporten in te leveren. Op basis van de rapporten en de behandeling in de commissie werd in maart 2010 besloten dat de vergunning ten onrechte was ingetrokken en dat de Andire mocht blijven liggen.

Als verwacht ging Gans c.s. in beroep bij de rechtbank. Tijdens de zitting in november 2010 bleek dat de hoogtemaat op de vergunning niet overeenkwam met de werkelijke hoogte van het schip. Per abuis had de gemeente de maximale inzinking als hoogtemaat genomen en dat moest schriftelijk binnen zes weken uitgelegd worden aan de rechtbank. Pas op 1 december werd de zaak voortgezet en tot ieders verrassing is er nu al een uitspraak.

De rechtbank stelt impliciet dat een bouwtekening geen eis kan zijn en zeker niet de status heeft die tekeningen hebben die nodig zijn voor een bouwvergunning. Aan schepen mogen geen eisen gesteld worden en dus kan er ook geen bouwvergunning worden aangevraagd of verleend. De rechter stelt dat de tekening een indruk geeft van de nieuwe situatie maar dat dat niet betekent dat de (ver)bouw exact volgens de tekening moet worden uitgevoerd. Er zijn namelijk afwijkingen ten opzichte van de tekening.

Wat betreft de niet-kwetsbaarheid stelt de rechter dat de gemeente de tekening heeft gezien en heeft vastgesteld dat de niet-kwetsbaarheid voldoende werd gewaarborgd. Dit is een ruimere interpretatie dan de VOV waarin de suggestie wordt gewerkt dat het vrijboord rondom gewaarborgd moet zijn.

Een soortgelijke redenering zet hij ook op over de authenticiteit. Uit het feit dat op basis van de tekening is geconstateerd dat de authenticiteit voldoende is gewaarborgd en hoeft dus niet gehandhaafd te worden.

Het hele dossier in deze zaak is behoorlijk omvangrijk maar ook interessant.

Dossier Andire